Deze week arriveren vier nieuwe biggetjes in de voortuin van onze boerderij. Ze zijn drie maanden oud en dus jonger dan de varkentjes die al sinds april bij ons wonen. Misschien heftig om te horen, maar deze verschillende ‘generaties’ zullen ervoor zorgen dat het aanbod van varkensvlees in onze boerderijwinkel wat consistenter is. Om dat te verduidelijken: de eerste vier varkens gingen begin december naar de slager. Drie werden opgediend in restaurants, eentje kwam in karbonaadjes en slavinken terug naar ons. Binnen een maand was het vlees uitverkocht en moesten we klanten teleurstellen. “Wanneer heeft u dan weer speklappen? Volgende week?” Nee, zo snel ging het niet. “Meneer, de nieuwe varkens moeten nog geboren worden. Pas in september hebben we weer varkensvlees.” En in het geval dat de varkentjes van ons waren, zouden we ze niet aan de horeca verkopen. De varkens zijn echter van varkensbedrijf De Herkomst, wij bieden ze alleen een stuk grond en de etensrestjes van onze boerderij en in ruil daarvoor krijgen we er eentje terug. En vanaf nu dus vaker dan twee keer per jaar.